donderdag 14 februari 2013

Wie het kleine niet eert

Recent vond ik een erg leuk boekje op het Waterlooplein: 100 avonturen met een pollepel van J.W.F. Werumeus Buning. Een hoofdstuk in dat boekje gaat over verse kruiden "de geuren der goede wereld". Een paar citaten wil ik graag delen.

Een twijgje van het kruid basilicum, aan de neus gehouden, doordringt de mens met fijne geur en vrede; een gering blaadje tijm, tussen de vingers gewreven, het behoeft niet meer dan een splinter te zijn, riekt naar een stille, warme wereld ...... Het is goed aan kruiden te ruiken in dagen van zwarigheden; ze ruiken naar de goede wereld."

Nadat hij de fijne kenmerken van deze kruiden bezongen heeft, gaat hij in op het feit dat ze in de keuken heden ten dage (1939) niet meer gebruikt worden.

"Zij behoren tot de wereld der kleine dingen die onsterfelijk zijn, en wij bemoeien ons zo druk met de grote dingen die sterfelijk zijn, dat wij nauwelijks tijd hebben voor al dit kleine en kostelijke. Wanneer men weten wil hoe haastig en liefdeloos en onbeschaafd de wereld geworden is - al schrikt ze dan af en toe nog eens wakker uit haar droom van hogere beschaving, als dezer dagen- dan kan men onder anderen eens in een kruidentuin gaan wandelen, een zeer leerzame les."

Dat er geen verse kruiden meer gebruikt worden ligt, aldus Buning, niet aan de kosten en niet aan de groenteboer, maar aan "het feit dat u en ik te onbeschaafd zijn geworden om om kruiden te vragen". En om ze te gebruiken in de keuken. En de mensen die zich afvragen of dat nou zo erg is, waarom niet gewoon een potje of zakje van het een of ander gekocht, geeft hij het volgende antwoord:

"Maar keer de zaak eens om: denkt ge soms dat een wereld, die de goede en eenvoudigste kleine dingen niet meer kent, die haar kruiden voornamelijk in gepatenteerde sausfleschjes, haar groenten in blik, haar politiek in slagzinnen, haar religie in gemakkelijke en vereenvoudigde vormen en haar literatuur in bevattelijke richtingen kent, de ware en de beste wereld is?"

En het hoofdstuk eindigt met:
"Ga op avontuur met de marjolein, de tijm en de pimpernel, de kervel en de basilicum, de dragon en de kruizemunt als ge wat van koken wilt leeren verstaan, ge kunt er eeuwenoude en troostrijke werken des vredes mee verrichten; het kost niets, slechts liefde, zorg en kennis, in een woord, goede wereldsche beschaving; datgene, wat Europa dezer dagen zoo bitter noodig blijkt te hebben."